Lieve mens die dit leest: weet dat je eindeloze en ondeindige Liefde bent en dat je met dit Bewustzijn éénheid schept met alles en met allen, die ook Liefde zijn, ook al weten ze het soms nog niet.
Je vindt hier 33 citaten uit “Een Cursus in Liefde”. Lees en beleef ze met mondjesmaat, één per dag b.v. op de tram naar je werk en s’avonds nog eens dezelfde spreuk op de weg terug, het zal al anders klinken. Of ééntje elke week, dan ben je een half jaar goed.Of lees het en beleef het voluit.
Je riskeert via de lectuur van deze 33 citaten wel meer te gaan houden van jezelf, je gedachten meer en meer met je hart te verbinden en liever te Leven hier en Nu.
Een heel liefdevolle lectuur gewenst en als het iets met je doet, mag je dit ook delen met je vrienden of met mij. Alle reacties zijn welkom.
Deze zomer organiseer ik enkele weekends en een vakantieweek rond dit boek. Voel je welkom en meer info op Zomer 2022 cursussen.
1.10: “Het is onmogelijk iets via het ego te leren. Je koppigheid om dat te doen, verhindert dat je kunt leren. Alleen in eenheid met mij leer je, omdat je alleen in eenheid met mij je Zelf bent.”
2.5: “Als Liefde niet onderwezen , maar alleen herkend kan worden, hoe wordt die herkenning dan mogelijk gemaakt? Door de gevolgen van liefde. Want oorzaak en gevolg zijn één. De schepping is het gevolg van liefde, net als jij.”
3.16: “Jij die verward bent over brein en lichaam, over hersenen en hoofd en over intelligentie en kennis, vat moed. We houden op het op de oude wijze te proberen. We leren eenvoudigweg op een totaal nieuwe manier en we realiseren ons al lerend dat ons licht schijnt vanuit ons hart.”
4.27: “Deze vreemde wereld waar jij zo eenzaam en bang bent geweest, blijft nog een tijdje rondhangen, maar hij kan je niet langer angst inboezemen en zal uiteindelijk in hetzelfde niets verdwijnen van waaruit hij is voortgekomen, terwijl een nieuwe wereld verrijst om zijn plaats in te nemen.”
5.5: “Jij denkt dat relatie bestaat tussen het ene lichaam en het andere, en zolang jij denkt dat dit zo is, zul je niet begrijpen wat relatie of verbondenheid is, of liefde kunnen herkennen als wat ze is.”
5.32 “Denk nu terug aan een prachtige dag (…). Een dag waarop de zon op je wereld scheen en jij je deel voelde van alles. Iedere boom en iedere bloem verwelkomde je. Iedere druppel water leek je ziel te verfrissen, ieder briesje leek je naar de hemel te dragen. Iedere glimlach leek voor jou bedoeld, en je voeten leken de zachte grond waarop je liep nauwelijks te raken. Dit is wat je te wachten staat als jij je verbindt met wat je ziet. Dit staat je te wachten als je geen oordeel meer velt over de wereld en je zodoende met alles verbindt, en je heiligheid uitbreidt over een wereld van verdriet, waardoor die verandert in een wereld van vreugde.”
6.16 “Waarom denk je dat vrede eeuwige zonneschijn is? Vrede is niets anders dan genieten van de regen en de zon, zowel van de nacht als van de dag. Als je geen oordeel zou vellen, schijnt er vrede over alles waar je naar kijkt en elke situatie waarmee je wordt geconfronteerd.”
7.1. “Wat je geeft, is wat je in waarheid ontvangt. Wat je niet ontvangt, is een maat voor wat je nalaat te geven”
8.15. “Als jouw lichaam en alles wat zich erin bevindt niet zijn wat jij bent, heb je het gevoel alsof je geen thuis meer hebt. Dit gevoel van thuisloosheid is nu precies nodig om terug te kunnen keren naar je werkelijke thuis, want als je opgesloten bleef in de beperkingen van het lichaam en dit omhulsel als je thuis aanvaardde, zou je geen andere thuis aanvaarden. 8.16. Je “andere” thuis is de thuis waarvan je het gevoel hebt dat jij die verlaten hebt en waarnaar je verlangt terug te keren. Toch bevindt het zich waar jij echt bent en het is onmogelijk voor je om er niet te zijn. Je thuis is hier.”
9.16. “Net als al je andere emoties toont angst zich in vele gedaanten en krijgt hij vele namen, maar er zijn in werkelijkheid maar twee condities: de ene is angst, de andere is liefde. Angst is de bron van alle illusies, liefde de bron van alle waarheid.”
10.4. “Het begin van alle transformatie ligt bij de bron, en dit geldt evenzeer voor illusies als voor de waarheid. Je ziet je lichaam als jouw zelf en dat zelf als de bron van alles wat je tijdens je dagen op deze aarde hebt gedaan en gevoeld. Maar jouw werkelijke bron bevindt zich in het middelpunt van je ware Zelf(…). 10.32-33 Een deur is bereikt, een drempel overschreden. Je hart kan niet ontkennen wat je denkende ik nog steeds ontkennen wil. Een glimp van je herinnering is teruggekeerd en zal je niet achterlaten in de chaos waarnaar jouw voorkeur (van je ego) lijkt uit te gaan.”
11.18. “Door afscheiding boven eenheid te verkiezen verkoos je alleen maar angst boven liefde. Wanneer je de angst loslaat en de eenheid uitnodigt terug te komen, doe je niets anders dan een uitnodiging naar liefde sturen en zeggen: je bent welkom hier. Wat is een etentje waar liefde niet aanwezig is? Niets anders dan een sociale verplichting. Maar een etentje waar liefde wordt verwelkomd om aan te zitten, wordt een feest.”
12.24 “Dat wat wij Vader noemen, is niets anders dan het hemelse gelaat van de schepping; een personificatie van iets wat in feite niet gepersonifieerd kan worden. Je vindt het moeilijk te geloven dat de schepping zelf goedwillend en vriendelijk kan zijn, of gewoon een ander woord voor liefde, maar zo is het wel.”
13.11 “Zouden sommige vooroordelen die je er over anderen en over jezelf op na houdt, aan gruzelementen kunnen vallen? O ja, en terecht. Je zult ze graag laten gaan, en als je vertrouwen in jezelf hebt, zul je ook al het belastend materiaal dat je gedurende je leven tegen één van je broers of zussen hebt verzameld, loslaten.”
14.22 “Verlies van liefde is maar uit één bron afkomstig. Noem het angst of noem het afgescheidenheid, het komt op hetzelfde neer. Want in je afgescheiden staat verlang je dat liefde jou speciaal maakt voor iemand anders, en dat die ander speciaal wordt voor jou. Je denkt dat liefde daartoe dient, en dus maak je er iets van wat het niet is en dat noem je dan liefde.”
14.31 “Laten we ons in plaats daarvan afvragen hoe je schade kunt berokkenen als je iedereen als één liefhebt. Als je van iedereen op dezelfde manier houdt, hoe kan iemand daar dan iets bij verliezen, met inbegrip van degene die je speciaal zou willen maken? Het enige wat verloren gaat, is speciaalheid.”
15.2 “Welke schade schuilt er in speciaalheid? Niets anders dan al de schade die jij in de wereld waarneemt.”
16.21 “Kracht zal komen naar zij die erom vragen. Naar degenen die uitroepen: “Ik ben!” Want kracht begint met de verwerping van machteloosheid. Verwerping van machteloosheid is slechts een stap naar de identiteit die je verwerft door de liefde voor het Zelf te laten ontwaken.”
17.17 “De eerste stap naar heelheid is eenvoudigweg dat je dit inziet: hart en denken staan niet los van elkaar. Wanneer denken en hart met elkaar verenigd zijn, is het hart heel.”
18.11 “Het feitelijk ervaren van eenheid zal jouw geloofssysteem en dat van anderen veranderen, want wat je in eenheid leert, wordt gedeeld.”18.11. “De transformatie vanuit een toestand van afgescheidenheid naar een staat van eenheid is beslist een wonder, want voor deze transformatie die je een toestand te herkennen die je in een staat van afscheiding niet kunt herkennen. Ook al is dit een paradox, het is niet onmogelijk, om de eenvoudige reden dat je de staat van eenheid die je dient te herkennen, nooit hebt verlaten. Jouw huidige gebrek aan herkenning kan dus worden overwonnen door je de waarheid te herinneren over wat je bent.”
19.9. “Tot nu toe ben je niet in staat geweest elke mens evenzeer lief te hebben, omdat je speciaalheid verlangde voor jezelf en voor een paar anderen in plaats van te wensen dat iedereen bemind zou worden. Misschien ben je er nu klaar voor.”
20.2 “Dit is een oproep om nu in mijn armen te komen en je te laten troosten. Laat de tranen stromen, en laat de last die op jouw schouders rust, rusten op die van mij. Laat mij je hoofd tegen mijn borst wiegen, terwijl ik over je haar strijk en je ervan verzeker dat alles goed komt.(…) Drink de veiligheid en de rust in. Sluit je ogen en begin te zien met een voorstellingsvermogen dat gedachten en woorden overstijgt.” 2.22-23 “Jij bestaat in heiligheid. De eerste stap om je deze heiligheid te herinneren bestaat uit vergeten. Laat toe dat je vergeet dat jij je niet heilig voelt en dat de wereld niet heilig lijkt te zijn. Laat je hart zich herinneren dat jij heilig bent en dat de wereld heilig is.”
20.25 “Dankbaarheid is je oorspronkelijke natuur. Dat kan niet anders wanneer ontzag en verhevenheid je in de omarming omvatten. Je hart zingt in dankbaarheid voor het al dat jij bent. Jij bent de schoonheid van de wereld, en er woont vrede in wie jij echt bent.”
20.26 “Vrede is het fundament van jouw wezen. Geen vrede die een afwezigheid impliceert, maar een vrede die een volheid impliceert. Heelheid is vrede. Alleen afscheiding veroorzaakt conflicten.”
20.27 “Liefde is de Bron van jouw wezen. Je vloeit voort uit liefde, het is een stroom zonder einde. Daarom ben je eeuwig. Je bent zuiver en onschuldig, omdat je uit liefde voortkomt. Wat uit liefde voorkomt, is onveranderlijk en grenzeloos. Jij bent oneindig.”
20.43 “Geloven in je volmaaktheid en in de gelijkheid van ieders geschenken brengt je vrede, omdat het je bevrijdt van de poging datgene te verwerven waarvan je voordien geloofde dat jij er gebrek aan had. Het bevrijdt je van oordeel, omdat je weet dat jouw broeders en zusters ook volmaakte wezens zijn. Wanneer je hen als zodanig gaat zien, zal wat je van hen ontvangt veel aanzienlijker zijn dan al wat je voordien van hen had willen afnemen.”
20.48 “Je hart heeft een andere zienswijze. Het is de zienswijze vanuit de omarming, vanuit de optiek van liefde. Het is de zienswijze van de stervenden die beseffen dat het enige wat ertoe doet, liefde is.”
21.10 “De ene waarheid kennen betekent niet dat je een bepaald dogma of een serie feiten kent. Zij die de waarheid kennen, denken niet van zichzelf dat zij gelijk hebben en de anderen niet. Zij die de waarheid kennen, vinden die voor zichzelf door hoofd en hart te verenigen. Zij die de waarheid kennen, worden wezens van liefde en licht, en zien dezelfde liefdevolle waarheid in allen.”
22.23 “Wanneer het universele beschikbaar wordt, zul je niet meer naar het individuele verlangen. Niettemin zul je tegelijk merken dat wat jij als jouw uniciteit beschouwt, nog heel erg intact is, maar dat het anders is dan jij je altijd hebt voorgesteld. Je zult merken dat jij aan een verheven doel beantwoordt, en dat je een prachtige rol speelt in een verheven plan. Je zult je niet bedrogen voelen door het verlies van je afgescheiden zelf. Je zult je vrij voelen.”
23.29 “Maar hoe kun je meester worden van lessen die van een ander komen? Van lessen die door iemand anders werden gekozen? Jouw leven zelf dient je leraar te worden, en jij zijn toegewijde leerling. Jouw leven zelf is een leerplan dat speciaal voor jou is ontworpen, een leerplan dat alleen jij meester kunt worden.”
24.2. “De tijd om je tegen tederheid te verzetten is voorbij. De tijd om je te verzetten tegen de tranen van vermoeidheid is voorbij. Dit is de tijd van de omarming. 24.4. De tijd van tederheid gaat vooraf aan de tijd van vrede en is de voorbode van mededogen.”
25.3 “Lieve mensen, jullie hebben in je leven heel vaak gedaan alsof. Je hebt vertrouwen geveinsd wanneer je onzeker was, belangstelling wanneer je ongeïnteresseerd was, kennis van dingen waarover je niets wist. Maar degenen die hebben geprobeerd liefde voor te wenden deden dat vruchteloos. Hetzelfde geldt voor toewijding, omdat er geen werkelijke toewijding is zonder liefde. 25.16 Je begint vanuit liefde te leven wanneer het persoonlijke zelf aan de kant stapt. En wanneer het persoonlijke zelf bij elke aangelegenheid aan de kant stapt, is het keerpunt aangebroken. Het is het teken dat jij er klaar voor bent om vanuit liefde te leven. Hier gaat het in deze Cursus om. Leven vanuit liefde.”
26.15 “Deze Cursus is het vuur aan de lont. Deze woorden zijn het voorspel van de explosie. Het is alsof je wachtte tot iemand fluisterde: Nu! Deze fluistering is gekomen. Het moment is nu. 2.16 Kun je de zorgen van vandaag uit je denksysteem laten verdwijnen? Kun je de teleurstellingen van gisteren loslaten zodat ze er niet meer zijn? Kun je ophouden plannen te maken voor de toekomst? Kun je stil zijn en je Zelf kennen?”
27.2 “Het feit dat je hier bent is niet vergeefs of zonder doel. Je zijn zelf is het totale doel, alle eer en glorie. Er is geen zijn dat losstaat van zijn. Er is geen levend en dood zijn, menselijk of goddelijk zijn. Er is alleen maar zijn. Zijn is.”
28.13 “Je hoeft geen persoonlijke beslissingen meer te nemen. Er is alleen maar een oproep tot een trouwe en toegewijde wil, een wil die gewijd is aan het nu, aan degenen die naar je toe worden gezonden en aan de manier waarop je wordt geleid om met hen om te gaan. De een zal leraar zijn, de ander leerling. Als je met je hart luistert, zal het verschil duidelijk zijn.”
30.6 “Universeel bewustzijn is in relatie zijn. Het is het ware Zelf, het Zelf dat zichzelf kent, in heel zijn glorierijke relatie met het leven. Alle materie wordt geboren en sterft. Alle leven is eeuwig. Het Zelf dat zichzelf kent beseft dit en begint spontaan in overeenstemming met dit weten te handelen.”
31.1 “Er is maar één Intelligentie, zoals er maar één Wil is. Daar ben je bang voor, omdat je gelooft dat deze uitspraak je onafhankelijkheid bedreigt en die beschouw je als een zijnstoestand die hoog moet worden geschat. Maar het is juister om te zeggen dat deze uitspraak je onderlinge afhankelijkheid en je heelheid bevestigt.”
32.3 “En zo besluiten we deze cursus met liefde die in waarheid wordt gegeven en ontvangen. Jij bent hier degene die leert, totdat je beseft dat jij Liefde bent. Dan wordt jij leraar van wat je bent. Je hoofd en hart verbinden zich in de omarming, in heelheid van hart. Jij bent thuis, en daar zul je voor eeuwig blijven.32.4 En daarom zeg ik jullie: amen, het zei zo. Jij bent tot Liefde weergekeerd, en je relatie met Liefde heeft jou bij je Zelf teruggebracht. Denk niet. Voor deze Cursus is geen denken en geen inspanning nodig.”
In dit boek is Jezus aan het woord en hij heeft het soms over God, over Bron, over Thuis, iets wat we hem niet kwalijk kunnen nemen, vermoed ik. Hier zitten sommigen van ons wel met een probleem. Zij die zich als atheïst(zonder God) of agnost (ik weet het niet) bestempelen, terwijl het heel dikwijls maar een zich afzetten is of was tegen één of ander kerkbeeld van God uit de jeugd of via de ouders. Eckhart Tolle spreekt over “izzness”, net hetzelfde als letterlijk Jahweh betekent: “De zijnde – hij-zij-die -is”, anderen hebben het over de Bron of de Liefdesbron. Allemaal verwijzingen naar iets waar ook een atheïst of een agnost weinig moeite mee zal hebben, met de energie die in ons is, de Qi, de prana, de Ki. Alle mensen worden vroeg of laat wel eens geconfronteerd met de vraag: “Ik voel Liefde en waar komt die vandaan? Wie heeft het eerst Liefde gevoeld en hoe is ze verspreid in ons Universum?”
Als toemaatje een gedichtje
Ik vergeet je niet
Misschien ben jij mij even vergeten
In alle levens die jij leefde
Niet altijd kwam je op adem
Tussen al die levens door
Ik ben jou nooit vergeten
Stopte nooit met van jou te houden
Wist dat op een dag wij
Samen in één adem
Ons weer zouden herinneren
Uit de april 2020 nieuwsbrief van Anita Boom
Ik wens jullie allemaal veel Liefde toe, voor jezelf in je kot-kluis op de eerste plaats.
Neem gerust contact op als je dieper wilt ingaan op het boek : “Een cursus in Liefde” of als je gewoon iets wil delen.
We zouden een leesgroep kunnen oprichten. Elke week een hoofdstuk of zo. Alle suggesties welkom via clausjohan@gmail.com
Van zodra we weer mogen reizen organiseer ik hier graag samen met jullie enkele weekends rond:
“Een cursus in Liefde” in de praktijk.
Hartegroet,
Johan Claus